Baalman‎‎‎‎‎(n)‎‎‎‎‎ ex Holthausen Stadt Meppen

"30 Martii [1794] Otto. Parentes Harm Derks et Henrica Fokkes. Suscepit Otto Fokkes. Veendam."

Getuigen zijn Niklaas Jans Blokbergen, 62 jaar, deurwaarder, Jakob Freerks Schuurman, 49 jaar, tapper, Evert van Linge, 41 jaar, logementhouder, en Gerrit Berents Flik, 40 jaar, dagloner, allen wonende te Veendam.

Getuigen zijn Engbert Obbes Schoonbeek, 67 jaar, bakker, Jurjen Jans Brouwer, 57 jaar, koopman, Jan Hendriks Geertsema, 48 jaar, bakker, en Otte Jans Buitenhof, 48 jaar, landbouwer, allen wonende te Muntendam.

Aangifte wordt gedaan door Hindrik Rijkents de Wit, 51 jaar, schuitevoerder, en Si Nijburg, 51 jaar, zaagmolenaarsknecht, beiden wonende te Veendam.

"Memorie van Aangifte van het overlijden en de nalatenschap van wijlen Otto Harms Holthuis, in leven scheepsbouwer gewoond hebbende en overleden te Veendam den 18 Junij 1851.

De ondergetekenden: 1e Derk Harms Holthuis, scheepsbouwer te Veendam; 2e Fokke Harms Holthuis, scheepsbouwer wonende te Muntendam; 3e Ubel Harms Holthuis, mede scheepsbouwer, en te Muntendam wonende; 4e Elisabeth Harms Holthuis, zonder bedrijf, ehevrouw van, en gesterkt met Statius Savenije, negotiant, wonende te Veendam; 5e Anna Harms Holthuis, zonder bedrijf, ehevrouw van Kasper Harms Nagel, wonende aan de Ommelanderwijk onder Veendam, tezamen als broeders en zusters eenige erfgenamen, ab intestato van den, onder het voorregt van boedelbeschrijving, aanvaarde nalatenschap van natenoemen erflater, verklaren:

Dat op den 18 Junij 1851, in het huis geteekend numero 71 aan het Oosterdiep te Veendam, zonder afstammelingen na te laten, is overleden hunnen broeder Otto Harms Holthuis, in leven scheepsbouwer, aldaar gewoond hebbende.

Dat de nalatenschap van den erflater, overeenkomstig het inventaris van den boedel opgemaakt ten overstaan van den notaris J.J. de Blécourt te Wildervank en getuigen, op den 10 Jukij 1851 behoorlijk geregistreerd, bestaat uit het volgende.

Voordeelige Staat 1. De huismeubels, beddegoederen, lijfdragt, scheepstimmermansgereedschappen, het aanwezige balk en kromhout, ten inventaris vermeld, en gewaardeerd op f 3583,24. 2. Contante penningen in den boedel voorhanden: f 1082,10. 3. 3/58 aandelen in het kofschip Annechiena Elsiena in den jare 1840 nieuw uitgehaald, bevaren wordende door Roelf Jans Kuiper, schipper te Pekela, gewaardeerd op f 400,00. 4. 1/30 aandeel in het kofschip Fennechina, in den jare 1839 nieuw uitgehaald, bevaren wordende door Hindrik Berends de Jonge, schipper te Pekela, gewaardeerd op f 200,00. 5. 3/60 aandeel in het kofschip genaamd Lucas Wildervank, in den jare 1845 nieuw uitgehaald, bevareb wordende door Hindrik Egberts de Groot, schipper te Pekela, gewaardeerd op f 500,00. 6. Eene pretentie ten laste van Klaas Stoffers Boiten, schipper te Veendam, ingevolge acte van den 17 maart 1847 voor den notaris J.J. de Blécourt te Wildervank en getuigen verleden behoorlijk geregistreerd, primitif groot f 2500,00 waarop nog is verschuldigd de som van f 1760,00 betaalbaar in termijnen met interesse naar 5% die met twee termijnen ieder ad f 400,00 reeds zijn verschenen op den 1 Julij 1850 en 1851 door armoedige omstandigheden en slegte verdiensten van den debiteur gewaardeerd met inbegrip der rente op eene som van f 1500,00. 7. Vijf acceptatien ten laste van dezelfde debiteur, allen gedateerd den 17 maart 1847, verschijnende op den 1 Julij van de jaren 1849, 1850, 1851, 1852 en 1853 met inbegrip der rente daarop tot op de respective vervaldagen bijgevoegd, bedragende tezamen de som van f 1037,50 als voren gewaardeerd op f 850,00. 8. Van Bernardus Sinnige, winkelier te Stadskanaal, restant koopschat van een praamschip f 88,00. 9. Van Statius Savenije, negotiant te Veendam, wegens geleverd hout f 6,00. 10. Van Hindrik Doornbosch, landbouwer te Veendam, wegens geleverd hout f 5,20. 11. Van de firma K. en J. Wilkens te Veendam, ibidem, f 1,20. 12. Van Roelf Veendam, grutter te Veendam, ibidem, f 5,00. 13. Van den notaris J.J. de Blécourt te Wildervank, wegens vertimmering van een praamschip f 129,05. 14. Van Hindrik Broekema, schipper te Farmsum, wegens restant gebleven op zijn tjalk genaamd Maria, de som van f 368,88. 15. Van Sjoerd Pieters Gruppelaar, schipper te Veendam, het restant van den aanbouw van zijn nieuw uitgehaals kofschip Niessiena, ten bedrage van f 7000,00. 16. Een nieuw woonhuis geteekend No. 71 met de daar achter gelegene tuin, scheepstimmerwerf met de daarop staande schuur, alles staande en gelegen op de 1e stadsplaats aan het Oosterdiep te Veendam, aldaar kadastraal bekend in sectie I (J?) onder de nummers 303, 304 en 305 met eene inhoudsgrootte van twee en dertig roeden en 40 ellen, gewaardeerd op f 4500,00. Totaal der voordeelige staat f 20218,67.

Nadeelige Staat 1. Aan den notaris J.J. de Blécourt te Wildervank, een regt van eerste hypotheek over de voorzeide vaste goederen uitstaand ten bedrage van f 4000,00. Ingevolge Acte van Schuldvordering van den 25 Augustus 1849 voor Mr Rudolf de Sitter, notaris te Winschoten, in het bijzijn van getuigen verleden behoorlijk geregistreerd rentende naar 4½ % verschijnende op primo Mei, verschuldigd vanaf 1e Mei 1849 dus op den sterfdag van den erflater 2 jaar 1 maand en 17 dagen: f 383,50. 2. Aan dezelve wegens opgeschotene kontanten tot aankoop van kromhout f 324,62. 3. Aan Douwe Romkes, negotiant in ekenhout te Sappemeer, wegens geleverd ekeenhout volgens nota f 7034,04. 4. Aan den heer Jan Veenhoven, negotiant te Hogezand, ibidem f 2163,37. 5. Aan Hindrik Berends Hogenesch te Gasselternijveen, ibidem f 820,00. 6. Aan Harm Geerts Swart, verlaatsmeester te Wildervank, wegens opgeschotene kontanten f 1000,00. Ingevolge onderhandsche schuldvordering van den 1 Mei 1840 rentende op den datum der obligatie naar 3% dus 1 maand en 9 dagen f 3,92. 7. Aan Harm Berends Wilmink, grofsmid te Wildervank, wegens opgeschotene kontanten f 671,68. als op den 1 Mei 1841 de som van f 371,68 rentende naar 5% den 20 Junij 1842 de som van f 200,00 en den 1 Junij 1843 de som van f 100,00 rentende de beide laatsten naar 4%, de renten daarvan verschuldigd van de dagtekeningen, bedragen tot aan den sterfdag van den erflater f 292,28. 8. Aan dezelve volgens rekening f 37,15. 9. Aan de firma K. en J. Wilkens te Veendam volgens rekening f 40,42. 10. Aan Gerhard Hegge, negotiant te Wildervank, ibidem, f 28,25. 11. Aan Theodorus Savenije, winkelier te Veendam, ibidem, f 80,17. 12. Aan Harm Geerts Olthof, blokmaker te Wildervank, ibidem, f 6,50. 13. Aan de gebroeders Koops, touwslagers te Wildervank, ibidem, f 19,11. 14. Aan Roelf Veendam, grutter te Veendam, ibidem, f 7,00. 15. Aan Hindrik ten Horn, koopman te Veendam, ibidem, f 15,25. 16. Aan Sieuwert Wilkens, winkelier te Veendam, ibidem, f 1,70. 17. Aan Sjoert Gruppelaar, schipper te Veendam, wegens voorschot, f 25,00. 18. Aan Statius Savenije, negotiant te Veendam, volgens rekening, f 35,45. 19. Aan dezelve voor zijnen minderjarigen zoon Otto Sabenije, scheepstimmermansknecht te Veendam, wegens gemeriteerde arbeidsloonen op de scheepstimmerwerf van den erflater, f 301,40. 20. Aan den logementhouder Duintjer te Veendam, volgens rekening, f 8,20. 21. Aan Berend Koster, scheepstimmerknecht te Veendam, het handgeld als knecht, f 10,00. 22. Aan de dienstmaagd Hinderika Kruisinga het loopende jaarloon f 40,00. 23. Aan den heer August Reischsel te Dorsten aan de Lippe wegens geleverd ekenhout, per saldo wegens overgegevene nota f 1700,00. De intresse daarvan naar 5% verschuldigd vanaf den 1 Julij 1849 tot aan den sterfdag, dus 1 jaar 11 maand en 17 dagen f 166,93. 24. Aan Evert Steenhuizen te Veendam volgens overgegevene nota f 629,55. 25. Aan Harm Berends Wilmink. grofsmid te Wildervank, wegens deszelfs aandeel in de uitdeeling van het tjalkschip de Maria, gevoerd door kapitein Broekema, over den jare 1847 bedragende de som van f 107,45. 26. Aan de medecrediteuren van het tjalkschip evengemeld het saldo bij den erflater aan kas gehouden, volgens aanteekening bedragend f 17,00. 27. Aan den Medicinae Doctor Sinnige te Veendam, deszelfs rekening voor gedane medicinale diensten gedurende de laatste ziekte van den erflater f 20,00. 28. Aan de stad Groningen, wegens verschuldigd rentemeestersgeld f 13,32. 29. Wegens verschuldigde Rijks- en Gemeentelasten f 40,00. 30. Voor vermoedelijke kosten en voorschotten ter bestrijding der arbeidsloonen te impenderen voor de aftimmering en uitrusting van het uitgehaalde kofschip van Gruppelaar, onvoltooid liggende te Groningen, begroot op f 250,00. Totaal der schulden f 20293,26.

Balans De voordeelige staat bedraagt f 20218,67 De nadeelige ibidum f 20293,26 -------------- Bedragende alzoo een nadeelig saldo van f 74,59

Wijders verklaren de aangevers dat door dit overlijden geen fidei commis is gedevolveerd, noch eenig vruchtgebruik heeft opgehouden te bestaan, kiezende ten effecte dezes domicilie ten huize van den mede ondergeteekende Statius Savenije te Veendam. Aldus door de aangevers opgemaakt, verteekend, en ten Kantore van Successie te Zuidbroek overgelegd den ... September 1800 eenenvijftig."

w.g. D.H. Holthuis, F.H. Holthuis. U.H. Holthuis, E.H. Holthuis, S. Savenije, Johnna Holthuis.